De collectie

Daguerreotypie van het gezin Gildemeester-Boissevain, ca. 1850

Geschiedenis

De geschiedenis van de collectie begint met het beheer van de collectie Willem de Clercq. In 1928 droeg zijn kleindochter Anna Elisabeth Kluit-de Clercq (1867-1930) het beheer van zijn collectie over aan haar dochter Marie Elisabeth Kluit (1903-1977). Daarbij sprak zij de wens uit dat het archief naar een nog op te richten Réveil-archief zou gaan.

Op 4 april 1930 werd de Stichting ‘Het Réveil-Archief’ opgericht. Het bestuur deed een oproep aan de nazaten van Réveil-figuren om verzamelingen te schenken. Uit het eerste jaarverslag van de stichting van 1931 blijkt dat aan deze oproep op grote schaal gehoor werd gegeven. De stichting verwierf onder meer de collecties Willem de Clercq, Isaäc da Costa en Hendrik Jacob Koenen.

In maart 1931 werd een overeenkomst gesloten tussen het bestuur van de Stichting Réveil-Archief en de Universiteitsbibliotheek Amsterdam, waarin de stichting de totale collectie in bruikleen gaf aan de bibliotheek. Sindsdien is de collectie verder uitgebreid. Belangrijke aanwinsten waren de collectie De Graaf-Pierson (1932), het archief van de Heldringgestichten (1946), de collectie Pierson-Gildemeester (1958/1961) en een aanvulling op de collectie Isaäc da Costa (1998).

Inhoud en samenstelling

De collectie bestrijkt circa 55 meter en bevat manuscripten, correspondentie, iconografisch materiaal, gedrukte werken en documentatie van en met betrekking tot personen uit de kringen van het Réveil en hun familie. Onder de handschriften bevinden zich tal van egodocumenten, waaronder dagboeken van Réveil-figuren als de bankdirecteur Willem de Clercq, de letterkundige Hendrik Jacob Koenen, de dominee Nicolaas Hendrik de Graaf en de rechter en volksvertegenwoordiger Pieter Jacob Elout van Soeterwoude.

Het dagboek van De Clercq neemt wegens zijn omvang, gedetailleerdheid en leesbaarheid een bijzondere plaats in. Réveil-aanhangers hadden een grote behoefte om hun gevoelens en gedachten aan die van hun vrienden te toetsen. Hun onderlinge correspondentie vormt een belangrijk onderdeel van de collectie. Alleen Willem de Clercq en Isaäc da Costa schreven elkaar al meer dan drieduizend brieven. Goed vertegenwoordigd onder de handschriften zijn voorts lezingen, colleges en preken.

Tot het bruikleen van de Stichting Réveil-Archief behoren voorts een circa 2100 titels tellende handboekerij en het archief van de stichting zelf. Het bevat vergaderstukken, correspondentie, jaarverslagen, ledenadministratie, stukken betreffende de financiële verantwoording en stukken betreffende de verwerving van collecties en de organisatie van tentoonstellingen en studiedagen.

Beschrijving en inventaris

De collectie wordt als langdurig bruikleen bewaard en beheerd door het Allard Pierson, de erfgoedinstelling van de Universiteit van Amsterdam.

Een beschrijving met inventaris is online raadpleegbaar op de website van het Allard Pierson: Collectie van de Stichting Réveil-Archief, UBA105.

Hetzelfde geldt voor het stichtingsarchief: Archief van de Stichting Réveil-Archief, UBA289.

De handboekerij van de stichting is gecatalogiseerd in de online publiekscatalogus van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam.